Kerkdiensten zijn niet zelden een massaal gebeuren. Je bent vaak met honderden mensen bij elkaar. Je zingt samen liederen, veel liederen soms zelfs en maakt daarbij een flinke hoeveelheid lawaai. Fijn is dat. Het is gezellig om met zoveel mensen samen te zijn en God te loven. Tenminste, voor veel mensen, misschien wel de meeste mensen. Behalve massaliteit en lawaai kenmerken kerkdiensten zich ook door een beroep op aandacht. Je wordt geacht een hele tijd naar een Bijbelgedeelte te luisteren, soms lang met een gebed mee te bidden en naar een flinke preek (soms wat langer, soms wat korter, afhankelijk van welke kerk je naartoe gaat) te luisteren.
Draaiende kinderen
Dat dat niet voor iedereen meevalt, is niet nieuw. Dat de onvrede erover zich vooral bij kinderen uit, is ook algemeen bekend. Iedereen die kerkelijk is opgevoed, weet (wellicht uit eigen ervaring) dat er kinderen zijn die niet zonder draaien een uur tot anderhalf uur in een kerkdienst kunnen zitten. Sommige kerken hebben dat opgelost door de kinderen naar een aparte nevendienst te laten gaan en daar een op kinderen toegesneden programma aan te bieden. Niet iedereen is daar gelukkig mee, maar het lost voor een aantal kinderen een praktisch probleem op. Dat er ook volwassenen zijn die een kerkdienst moeilijk vinden om mee te maken, krijgt veel minder aandacht. Meestal hebben die zelf een keuze tegenwoordig en dus kiezen zij er waarschijnlijk voor om minder of helemaal niet naar een kerkdienst te gaan.
Overprikkeld
Toch hebben sommige kinderen maar ook volwassenen meer dan gemiddeld last van prikkels en van het lang vasthouden van hun aandacht. Voor sommige kinderen of volwassenen is het bijwonen van een kerkdienst daarom een hele opgave of zelfs een ronduit nare ervaring. Wat voor velen een gezellige koffie is na de kerkdienst, is voor hen een warboel waar geen patroon in te ontdekken valt en waarin je je daarom gemakkelijk angstig en overprikkeld voelt. Wat voor velen een heerlijk juichend lied is dat je samen met veel mensen zo luid mogelijk zingt, is voor sommigen een hels kabaal. Wat voor de een een fijne preek is waar je heerlijk bij weg kunt dromen, is voor de ander een tergend saaie oefening in zelfbeheersing zonder iets van de inhoud mee te krijgen. Als je dus wellicht geneigd was te denken dat er bij je kind een dramatisch gebrek aan interesse in het geloof waar te nemen valt omdat het de hele dienst door ongelofelijk kliert, dan kun je je ook eens afvragen of het misschien tegen kerkdiensten kan. Zo’n bijzonder doorsnee ervaring is een doorsnee kerkdienst nu ook weer niet!
ADHD, ADD en mensen met autisme
In termen van de problematiek (stoornis klinkt zo vervelend) waar kinderen en volwassenen last van hebben die deze problemen ervaren, hebben we het dan over mensen met ADHD, ADD (de variant van ADHD zonder hyperactiviteit) en soms ook kinderen/volwassenen met bepaalde vormen van autisme. Deze mensen vinden het moeilijk om prikkels te structureren en hun aandacht op bepaalde dingen te richten. Die problemen komen in allerlei gradaties voor. Je hebt het naar gelang je er last van hebt. Maar in sommige situaties heb je er veel meer last van dan in andere en je kunt die situaties niet altijd vermijden of dat vermijden heeft een hoge prijs: nooit of maar heel zelden meer naar de kerk bijvoorbeeld.
Het ligt voor de hand dat deze blog voortkomt uit eigen ervaring. In ons gezin is het voor een van de gezinsleden heel moeilijk om een kerkdienst bij te wonen omdat de hoeveelheid prikkels als overweldigend wordt ervaren. Vandaar mijn gedachte daar in een blog eens aandacht aan te besteden om te verkennen: 1. hoe groot het probleem is en 2. wat er aan te doen zou zijn.
Hoe groot is het probleem?
Mijn eerste vraag, waar ik graag allerlei belanghebbenden op scholen en in gezinnen voor uitnodig om erop te reageren, is: hoe breed wordt het probleem herkend? Ik heb niet de illusie dat het probleem volstrekt eenvormig is. ADHD of ADD komt in verschillende mate voor en dus zal niet elk kind of volwassene er in dezelfde mate of op dezelfde manier last van hebben. Laat maar eens weten onderaan door het maken van een opmerking: welke problemen worden ervaren en hoe ernstig zijn die. Laten ouders hun kinderen ervoor thuis, zetten ze een geluidsdemper op, oordopjes in of blijven volwassenen gewoonweg thuis?
De vraag is: valt daar iets aan te doen?
In het onderwijs wordt vrij veel gedaan voor kinderen die last hebben van prikkelmanagement. Kinderen met ADD of ADHD krijgen een speciale plek in de klas, zetten een geluidsdempende koptelefoon op of zitten in een speciale kleine prikkelarme klas, net naar gelang de ernst van hun klachten. In de kerk wordt er bij mijn weten weinig aan gedaan. Er is in veel kerken aandacht voor jongeren, maar aanpassingen die speciaal voor jongeren worden gedaan, hebben vaak een omgekeerd effect op kinderen met problemen bij prikkelverwerking. Onderdelen voor jongeren zijn vaak juist lawaaieriger dan die voor volwassenen. Wel is de aandachtsspanningsboog meestal korter. Verder zijn er kerkdiensten speciaal voor mensen met een verstandelijke beperking of diensten voor doven, maar voor mensen met ADHD of ADD heb ik nog niets gezien. Wel is er naar aanleiding van met name het onderzoek van Hanneke Schaap bezinning op de omgang met autisme binnen de kerk en in verband met geloof, maar ook daarbij is er nog niets ontwikkeld op het terrein van specifieke diensten, tenminste niet voor zover ik weet. Als er al specifieke initiatieven zijn, hoor ik daar graag over.
Wat zou je kunnen doen?
Wat je kunt doen om kinderen of volwassenen in deze situatie te helpen, hangt in aanzienlijke mate af van de kerkelijke context waarin je je bevindt. In sommige kerken is veel ruimte om in de liturgische opbouw van de dienst aanpassingen aan te brengen, in andere heel weinig. Denken over de hindernissen die gemeenteleden ervaren in het omgaan met de kerkgang gaat uit van de vraag hoe ‘aangenaam’ de kerkdienst is voor de aanwezigen. In sommige kerken mag die vraag eigenlijk niet gesteld worden. Het zou immers zomaar kunnen zijn dat een preek van drie kwartier of een gebed van een kwartier eigenlijk voor weinig aanwezigen een aangename ervaring is. Overigens is het ook in die kerkelijke setting belangrijk om de vraag naar de menselijkheid van de liturgische vorm te blijven stellen. De mens is er niet voor de kerkdienst, maar de kerkdienst is er voor de mens. Maar dat terzijde. De meeste winst is dus waarschijnlijk te behalen in gemeenten waarin men openstaat voor bijzondere diensten waarin met vormen kan worden geexperimenteerd die prikkelarmer zijn. Je kunt dan denken aan van alles, maar ik noem even een aantal dingen op (ook suggesties daaromtrent zijn onderaan welkom):
- Kortere spanningsbogen
- Beperking van de toegang, zodat je mensen anders in de kerkzaal kunt verdelen
- Selectief zingen (dus niet iedereen elke keer) om de herrie af te laten nemen
- Minder liederen in de dienst
- Vaak zijn kinderen (significant vaker mannen) met ADHD erg beeldgericht, dus daarom: meer beeldelementen
- Meer bewegen: zorgen dat iedereen of per groep mensen elke zoveel tijd even opstaan en een stukje lopen
Waar het om zou gaan, is het vinden van een format waarbinnen een grootste gemene deler van mensen met behoefte aan een prikkelarme setting zich beter voelt. Naarmate er meer factoren in het spel gebracht worden die bijvoorbeeld met autisme te maken hebben, zou het ook zinnig of zelfs nodig kunnen zijn, om inhoudelijke aanpassingen te maken. Mensen met autisme hebben moeite met reflexiviteit of emotionaliteit en in nogal wat diensten spelen die een grote rol. Die emotierijke wijze van vieren is lang niet altijd onontkoombaar vanuit de inhoud van de Bijbeltekst en dus ook niet onontkoombaar in de dienst die eromheen vorm wordt gegeven.
ADHD is niet onomstreden
ADHD is een aanzienlijk probleem in het onderwijs en uiteraard ook in de medische wereld. Het is ook niet onomstreden. Sommige deskundigen suggereren dat ADHD een modeziekte is die is ingegeven door overdiagnostiek. Feitelijk zou het gaan om problematisch gedrag dat niet met medicijnen maar met gedragsverandering of een beter gestructureerde opvoeding moet worden aangepakt. Ander onderzoek heeft aangetoond dat een aanpassing van het voedingspatroon enorm aan het verhelpen van de klachten kan bijdragen. Die ervaring hebben wij ook, maar het is niet altijd afdoende of het is niet altijd mogelijk om erachter te komen welke voedingsmiddelen de oorzaak zijn.
Feit lijkt mij dat gelovigen verschillend omgaan met de massaliteit en prikkelintensiviteit van een kerkdienst. Natuurlijk kun je daarmee leren omgaan. Dat moet ook, al was het maar omdat niet het hele leven aan jouw individuele behoeften kan worden aangepast. Dat laat onverlet dat er juist in de kerk aandacht mag zijn voor die leden van het lichaam van Christus die moeite hebben met de beleving van de meerderheid. Zoals Jezus dat zo mooi zegt in het Evangelie: voorzover je dat aan de minsten van mij hebt gedaan, heb je dat aan mij gedaan.
Geef een reactie