Op vrijdag 19 februari waren verschillende reformatorische jongeren te gast bij Jinek (item begint op 00:22:12) om te vertellen over de documentaire Na de Zomer (inmiddels via die link terug te zien) die op 21 februari om 00:10 uur (jawel, net niet meer op zondag en wel met opzet!) werd uitgezonden.
De meisjes (opvallend dat er geen jongen bij was!) moeten trouwens wel heel zenuwachtig zijn geweest. Optreden in één van de belangrijkste talkshows van het land en dan praten over zulke gevoelige dingen als je geloof. Je persoonlijke gebed dat zomaar ineens op honderdduizenden plaatsen in het land op grote televisieschermen staat. Alles wat je zegt, wordt op een goudschaaltje gewogen. Ik vond dat ze het heel goed deden. Zéér authentiek, daar kunnen veel andere mensen op TV nog iets van leren en met humor. Doe dat maar eens even tijdens je eerste TV-optreden!
Ook Eva Jinek schiep een relatief veilige sfeer, afgezien dan van het begin. Zoiets gevoeligs als het waarnemen van Gods handelen in je leven werd onmiddellijk, bijna nog voor de meisjes iets hadden kunnen zeggen, in het hilarische getrokken omdat er iets mis ging met het geluid. Laten we er even vanuit gaan dat ze het niet opzettelijk heeft gearrangeerd, maar ze had kunnen en moeten beseffen dat het zo in het hilarische trekken van zulke persoonlijke ervaringen kwetsend is. Dat moment was weer even Nederland op zijn kleinst als het gaat over de omgang met religie. En dat terwijl er honderdduizenden mensen in dit land zijn die op een ‘bezielde’ manier met de werkelijkheid omgaan, of dat nu het waarnemen van Gods leiding is, of het fluisteren met bomen. Maar natuurlijk, voor de intellectuele elite kan zoiets alleen lachwekkend zijn. Misschien moeten alle intellectuele managers die een helderziende een toekomstplan voor hun bedrijf laten schetsen, zichzelf dan ook eens even publiekelijk laten uitlachen. Dan heeft Eva veel gasten om de gek mee te steken!
Wat viel me op aan wat de meisjes zeiden? Ik noem drie dingen:
1. Met stip bovenaan: bewust geloof. Dat begint al als Jinek vraagt welke rol God speelt in hun leven. Heel direct, heel authentiek zeggen ze: God is mijn alles, God staat bovenaan! Wow! Een direct getuigenis van persoonlijk geloof. In het commentaar van het RD van 18 februari werd aangegeven dat er in de communicatie met de buitenwereld iets veranderd is, maar er is dus ook in de binnenwereld iets veranderd. Niet langer staat de vraag naar heilszekerheid centraal, maar de bewuste gepraktiseerde relatie met God neemt de eerste plaats in. Dat blijkt ook later tijdens het interview als het over een gebed gaat waarin één van de meisjes haar zonden aan God belijdt. Het is een belijdenis van zonden tegenover Hem die ze boven alles liefheeft. De reformatorische wereld komt niet langer in beeld als een gemeenschap die zich aan strenge regels houdt en denkt dat zo goed als iedereen naar de hel gaat, maar als een gemeenschap van gelovigen. De meisjes kunnen daarin zeker niet als representatief gelden, maar desondanks markeert het een verandering van beleving in de reformatorische wereld. Een positieve verandering zou ik zeggen, maar ook een verandering die om bezinning vraagt.
2. Een zeer concrete omgang met God in het dagelijkse leven. Daar begint het interview mee als Jinek een passage uit de docu laat zien waarin iemand heel concreet bidt om een goed resultaat voor een scheikundetoets. Vervolgens passeert het al genoemde lacherige moment rond het geluid en dan een gesprek over Gods leiding in het dagelijkse leven. Beide meisjes zeggen dat te beleven. Beiden presenteren het ook als iets dat vanzelfsprekend is voor hun geloof. Dat is boeiend. Het is er in de bevindelijk-gereformeerde traditie zeker geweest, een zo direct bespeuren van Gods leiding in je leven, maar het is eerder een beleving die bij evangelicaal dan bij traditioneel gereformeerd christendom hoort. Hier zou veel over te zeggen zijn en vraagt zeker om bezinning.
3. Weerbaarheid en mogelijkheid tot vertalen in hedendaagse Nederlands. Docent Bart-Jan Spruyt vraagt in het fragment dat wordt getoond: kunnen jullie de confrontatie met de samenleving straks aan? Als je dit interview ziet, zou je kunnen zeggen: ja! Ik vond vooral het gesprek over het belijden van je zonden mooi. Tijdens het beantwoorden van Jineks vragen, die steeds weer terugkomen op: ‘Wat had je dan gedaan?’ en haar daarmee pushen om de concreetheid van de zonde te benoemen, geeft het meisje heel klassiek antwoord vanuit de relatie met God, maar weet dat weer te geven in de voorkeurstaal van deze tijd: de taal van de liefde. Dat ging niet helemaal zonder slag of stoot. Juist bij die vragen komen de traditionele verwijzingen naar de zondeval langs, zoals die in zo heel veel preken elke zondag weer langskomen, maar ze weet er overheen te komen naar de taal van vandaag. Ze weet zo het klassieke zondebegrip geloofwaardig te maken in een seculiere wereld zonder op het eerste gezicht iets van de klassieke zondebelijdenis af te doen.
Geef een reactie