Vanavond vindt er bij de NOS een debat plaats over het koningshuis en de rol die het speelt in de regering. Morgen is er een debat in de Tweede Kamer. Er lijkt een toenemende consensus voor symbolisch koningschap te zijn in de Tweede Kamer. Hieronder leg ik uit, waarom ik daar tegen ben.
Constitutionele monarchie
In Nederland kennen we een zogenaamde constitutionele monarchie. Dat wil zeggen dat de macht van het staatshoofd wordt ingeperkt door de grondwet. De koning regeert en de ministers zijn verantwoordelijk. Het staatshoofd is derhalve onschendbaar en de facto lijkt er van een regering door het kabinet sprake te zijn.
Wat een onzin, hoor je in toenemende mate. Het is raar dat een staatshoofd dat niet democratisch gekozen wordt, zoveel macht heeft. Ook krijgt ze dan nog eens veel geld en dat in barre tijden.
Waarom ik gehecht ben aan deze vorm van constitutionele monarchie
Feitelijk is er in Nederland sprake van twee gebroken regeringsvormen die met elkaar gecombineerd worden. Geen totale beheersing door het volk, maar een aantal vormen van tegenwicht tegen democratische controle die de directe macht van het volk afdempen. Ook geen totale macht voor de vorst, wat een dictatuur in het verschiet zou brengen.
De kwaliteit van onze democratie staat op allerlei manieren zwaar onder druk. Enerzijds vanwege de televisiedemocratie, waarbij alleen de leuk bekkende poppetjes nog maar relevant zijn. Verder ook, en veen fundamenteler, vanwege het feit dat in dit land de meerderheid rijk is. Dat is slecht voor de democratie, want het bevordert de verrijking van de rijken en de verarming van de armen. Democratie is voor mij maar een heel beperkt goed. De wil van het volk is niet per se zo edel, maar alleen een beperkte dam tegen de heerszucht van een absolute vorst. Zodra de armen niet meer door de vorst, maar door de rijke meerderheid worden uitgebuit, is het middel even erg als de kwaal. Maximalisering van de democratie is daarom een achteruitgang in plaats van een vooruitgang.
De economie, de economie, en het populisme
Onze democratie maakt geen gemakkelijke tijden door. Hoewel de meerderheid in dit land rijk is, staat onze welvaart op het spel. Cruciaal onderdeel van de heerszucht van het geld is de vraag om snelheid en de vraag om een passeren van de democratische controle, die naar haar aard langzaam gaat en op een moeilijk te bereiken consensus gebaseerd is. Daarnaast: hoe groter onze economische problemen worden, hoe sterker de roep om snelle en populistische oplossingen zal worden en hoe meer mensen bereid zullen zijn om terwille van simpel lijfsbehoud op een populistische leider te stemmen. Heeft die eenmaal de absolute meerderheid, democratische verkregen, dat wel, dan is het einde zoek.
Kortom, we hebben alle mechanismen die er in ons staatsbestel voorhanden zijn om de kwalijke effecten van de democratie af te remmen, broodnodig.
Geef een reactie